Ingezonden verhaal door Angelique Kruines, student herborist aan De Sprenk. Zo nu en dan schrijft zij korte verhalen over wat zij zoal meemaakt in en om haar tuin. Zij deelt deze verhalen soms met haar mede studenten en deze stelden voor om ze naar het Gilde nieuws in te zenden (super goed idee). Nu kunnen we met z’n allen genieten van haar zeer herkenbare, met humor opgeschreven, ervaringen.
Angelique: Onderstaand verhaal gaat over de slakkenplaag in mijn tuin:-)
De vereniging “de vrije slak”
Niks is zo fijn als een zomers buitje voor je tuin. En dan bedoel ik een buitje. Niet van die plensbuien waarbij de halve tuin wegspoelt en je achter je plantjes aan moet.
De geur die bij zo’n buitje los komt na een warme dag geniet ik van. Het werkt verfrissend. Ik neem de hond mee de tuin in. Kan zij ook even afkoelen. Als ik op tijd ben zet ik diverse kamerplanten buiten. Het is dat ik weet dat ze niet kunnen zingen maar ik zou toch zweren dat ik ze dan hoor neuriën in de regen.
Helaas heeft de Vereniging “de vrije slak” dit soort dagen ook in hun agenda staan. Nog voor de laatste druppel gevallen is ligt de tuin ineens vol met nudisten en “ik neem mijn huis overal mee naar toe” gangers. Het lijken net mensen. Alleen waar wij de zon zoeken, zoeken zij de regen.
Het ontspannen met de hond lopen mondt al gauw uit in het grote ontwijk de landmijnen spel. Ik krijg dan de bijna onbedwingbare neiging om de kippen los te laten. Maar die houden niet van regen dus die komen het hok niet uit. Dit tot groot plezier van de Vereniging.
Onze hond, een Sint Bernard, heeft het vermogen zich als een ballerina tussen de slakken te manoeuvreren. En dat terwijl ze de meest lompe hond is die er rondloopt. Helaas heb ik die lichtvoetigheid niet. Zeg maar, type olifant in de porseleinkast. Dus menig woonverzekering moet worden aangeschreven en de begrafenisondernemer doet goede zaken.
Dan zou je denken dat het ledental van de Vereniging weer gedaald is na zo’n overlevingsronde maar welnee. Ze komen allemaal van heinde en verre op de begrafenis en menig familielid komt helpen met de opbouw van een nieuw huis. En dat allemaal in mijn tuin. Dus het lijkt er eerder op dat het ledental na elke bui groeit. Zucht. Ik moet het er maar mee doen. Terwijl ik me richting de keukendeur begeef bedenk ik me dat zodra het weer het toe laat ik het kippenhok maar weer openzet. Als ik door het deur portaal loop hoor ik op de achtergrond de eerste klanken van het derde deel van Chopins Pianosonata Nr. 2 Opus 35 en zie ik de eerste begrafenisstoet de tuin al binnen komen glibberen. Uit eerbied sluit ik zachtjes en licht schuldig de keukendeur.
Hartelijke groet
Angelique